Je tuinhuis dat verzakt, je wilt het niet meemaken. Laat staan je woning. Een domme rekenfout, een verkeerde inschatting van de bodemkwaliteit … Verschillende redenen kunnen aan de basis liggen van het probleem. Bovendien blijven sommige bodemanomalieën zelfs voor een sondering onder de radar. Daarom is het een groot voordeel dat je het koppel waarmee je de schroefpalen in de grond verankert, als extra controle kan gebruiken. Een plotse daling is een alarmerend signaal en een duidelijk teken dat je naar een betere, wellicht diepere laag op zoek moet. Zie het als een welkome verzekering, eentje die betonfunderingen niet bieden.
Schroefpalen heb je in allerlei maten en gewichten. Dat maakt ze heel polyvalent en geschikt voor zowel kleine als hele grote bouwtoepassingen. In de Verenigde Staten, bijvoorbeeld, worden ze toegepast in commerciële flatgebouwen. Elke individuele paal draagt dan ruim 600 ton! Het draagvermogen mag dus nooit het probleem zijn, tenminste als je het juiste type van schroefpaal kiest. Dat doe je door de mechanische eigenschappen van je schroefpalen af te stemmen op de te verwachten belasting. Een waarde die de stabiliteitsingenieur voor je moet berekenen. Gezien de enorme lastendalingen hebben de palen uit het Amerikaanse voorbeeld een doorsnede van wel een meter. Maar voor particuliere toepassingen lukt het met veel minder. Door te spelen met parameters als wanddikte, helixdiameter en schachtlengte kan je het theoretische draagvermogen verhogen of verlagen, afhankelijk van wat de toepassing vereist.
Het theoretische draagvermogen is weinig meer dan een cijfer op papier. Je mag er nooit op voortgaan. De kwaliteit van de bodem bepaalt namelijk welke belasting je schroefpaal écht kan dragen. Dezelfde schroefpaal zal in veengrond heel andere resultaten opleveren dan in bijvoorbeeld een kleibodem. Dat komt omdat zowel de puntbreukweerstand als de kleef typisch verschillen naargelang het bodemtype. En ook binnen één bodemtype durven de waarden sterk uiteen te lopen. Elk nieuw project vraagt dus om een sondering, zodat je een duidelijk beeld hebt van de bodemsamenstelling en je de geschikte lagen kan lokaliseren. Vergeet daarbij geen rekening te houden met de invloedzone rond een schroefpaal om doorponsing te voorkomen.
Zodra je over de resultaten van het bodemonderzoek beschikt, kan het rekenwerk beginnen. Aan de hand van de schachtdiameter, het aantal windingen (in het geval van een grondschroef) en de puntbreukweerstand kom je voor een specifiek type van schroefpaal tot een concrete waarde: je nuttig draagvermogen. Bij Soiltek bouwen we ook de nodige veiligheidsfactoren in zodat we helemaal zeker zijn dat er niets kan foutlopen.
Je zou denken dat de geschetste aanpak het risico op verzakkingen tot nul reduceert. En in de meeste gevallen is dat ook zo, maar een sondering legt niet alles bloot. Sommige anomalieën in de ondergrond zoals een opgevulde gracht kunnen zelfs na een sondering nog voor onaangename verrassingen zorgen. Terwijl je tijdens het storten van beton blind moet vertrouwen op de sondering, heb je bij schroefpalen nog altijd het koppel als extra controle. In een aanvulgrond zal de machine met een zeer klein koppel de paal in de grond schroeven. En dan weet je dat er iets mis is en dat je met een langere paal naar dieper gelegen grondlagen moet tot je het gewenste draagvermogen wel hebt bereikt. Het indraaikoppel geeft dan aan of je op beide oren kan slapen.
Overtuigd van onze
schroefpaalfunderingen?
Soiltek bvba
Kantoor: Groenespechtstraat 14 - 9041 Oostakker
Magazijn: Noorwegenstraat 34/4 - 9940 Evergem
+32 484 88 48 58 - info@schroefpalen.com
Wij bouwen funderingen voor:
Alles over:
2024 Soiltek bvba | BE 0886.838.138 | Privacy Policy | website by adfundum